dinsdag 23 september 2008

Eilandgasten

21 september, Don Khon
Het is half zeven (in de ochtend). De regen blijft vallen terwijl ik wacht op mijn pannenkoek met banaan en honing. Straks brengt een bootje mij naar de wal waar ik de bus neem naar Champasak. Ik heb hier een paar fantastische dagen gehad. Vrijdag ben ik naar Don Det gegaan, het buureiland. Met een bootje liet ik mij overzetten. Daar met Noam, Sophie en Theresa (twee duitse meiden) ontbeten. Wat rondgewandeld, geconstateerd dat Don Det ook heel mooi is, en toen lekker in hangmat gerelaxed met boekje en wat gekletst, je kent het wel.


Terug naar de overkant om daar vier britten op te pikken die ook meegaan naar de waterval-bbq bij Mamadam. In de schemer komen we aan. Een internationaal gezelschap: Makiko (Japan), Theresa en Sophie (Duitsland), Lee, Janie, Mo en Janie (Engeland), Noam (Engeland/Israel) en ik (Friesland). Mamadam heeft twee joekels van vissen voor ons ingekocht. Boven stenen potten met gloeiende kooltjes worden ze vakkundig gegaard. En terwijl wij reiservaringen en -plannen uitwisselend komen de lekkerste geuren naar ons toe waaien en doen het water in onze monden lopen. De Beer Lao vloeit rijkelijk en we worden ook nog bijgeschonken met Lao Lao. Het is pikdonker maar dankzij het kampvuur en twee met een generator levend gehouden peertjes kunnen we elkaar nog net zien. Het eten smaakt heerlijk. Voor de terugweg hebben we een open busje gehuurd. Twee mannen komen ons rond negen uur ophalen en begeleiden ons door de zwarte nacht naar het vervoermiddel. Het is best eng om met een zaklamp door de drek over kleine paadjes te kiezen waar je nu je voet weer veilig kunt plaatsen. Voelt als een soort spooktocht tijdens een schoolkamp. Gelukkig komen we vlot aan bij de bus die ons naar de guesthouses brengt. We stappen achter op. De bus is een soort open truck waarbij in de achterbak een paar bankjes zijn gemonteerd en waarover een afdakje is gelast. We hobbelen over de verregende modderwegen, hier en daar zwiept een tak ik ons gezicht. Je moet je stevig vasthouden om niet tegen het dak gelanceerd of uit de truck geslingerd te worden. Eigenlijk is het nog het best te vergelijken met een ritje in de rollercoaster in een pretpark. Maar, het is beter dan lopen. Plotseling slaat de moter af. Gelach van de chauffeur. De mannen in ons gezelschap mogen uitstappen en helpen duwen terwijl voorin geprobeerd wordt het gevaarte weer aan de praat te krijgen. Het mag niet baten. het wordt dus toch lopen al slingerend met onze zaklampjes een weg zoekend in de donkerte terwijl het regent, regent, regent. "Volgend jaar lach je erom" denk ik maar terwijl ik voortploeter. En ik val niet.

Op zaterdag ga ik met Makiko fietsen. We spreken af in Fleur de Mekong waar we toevallig ook de britten weer treffen. Gezellig! Na fruitsalades, Laokoffie en pannenkoek (wel veel pannenkoeken denk ik nu ik dit typ) fietsen we naar het strand. De fietsen zijn krakkemikkig maar het weer is prima.Niet te warm, niet te koud. Mijn rem werkt niet als ik over een rotsig hellinkje naar beneden scheur, een scherpe bocht neem, gillend nu, ik kan niet stoppen, het strand op richting water... Oeps, dat gaat net goed, hahaha. Het is een prachtig klein strandje waar in het ondiepe water een paar bomen groeien en kinderen spelen. Aan de zijkant liggen een paar van die smalle langwerpige vissersbootjes. we wandelen langs de vloedlijn al pootjebadend. Een meisje komt naar ons toe en kijkt ons vragend/nieuwsgierig/geintresseerd aan. We praten al gebarend met haar en spelen wat in het water. Verderop is haar familie in grote teilen kleren aan het wassen en er is een vuurtje waarop eten wordt bereid. We fietsen verder, over een pad bezaaid met stenen. Een mountainbike zou niet misstaan nu, dit is even flink doorzetten. We komen bij een klein dorpje waar we wat drinken en ik probeer de Laap, een soort lauwe salade, het nationale gerecht van Laos. we proberen op de terugweg een andere route. Veel buffels op de weg hier. Het paadje gaat de verkeerde kant op en we besluiten dus toch maar terug te gaan voordat de regen weer los barst. We passeren een groepje mannen die langs de weg een koe aan het villen zijn. Vakkundig worden de messen geslepen en wordt het leer van het dier gesneden. Vervolgens worden de poten losgesneden en wordt het dier verder in porties verdeeld. (later verteld Makiko me dat ze de koe op de markt te koop zag liggen). We gaan verder en komen als de regen echt keihard valt aan bij de brug naar Don Det. We wisselen e-mailadressen uit en nemen afscheid. Terug naar Guesthouse, koffer inpakken!
liefs, Esther

Geen opmerkingen: